Westergasfabriek
Tussen 1883 en 1904 vond de bouw van de Westergasfabriek plaats in opdracht van de Imperial Continental Gaz Association. Deze Engelse maatschappij verkreeg in 1883 de concessie voor gasfabricage in Amsterdam. Isaac Gosschalk (1838-1907) was als architect verantwoordelijk. Hij werd in de jaren-‘80 van de 19de eeuw gezien als één van de meest vooraanstaande Nederlandse architecten. Hij bediende zich van een historische vormentaal. Dit laatste is bij de Westergasfabriek zichtbaar in de afwisseling van rode en gele verblendsteen en lichte natuursteen, en in het spel van licht en schaduw door middel van tandlijsten, boogfriezen, spaarvelden en lisenen. Op 24 juli 1883, de dag na de verlening van de concessie, werd een aanvang genomen met de bouw van de fabriek. Het terrein lag 1,3 m beneden Amsterdams Peil (A.P.) en moest eerst worden opgehoogd tot 1 m boven A.P. In augustus van dat jaar werd de eerste paal geslagen en na zeventien maanden konden de meeste gebouwen worden opgeleverd. In september 1885 werd de fabriek in gebruik gesteld.
De Westergasfabriek was ooit de grootste steenkolengasfabriek van Nederland, maar de vondst van aardgas in Slochteren maakte hieraan in de jaren-‘60 van de vorige eeuw een einde. Een deel van de gebouwen werd na sluiting van de fabriek gesloopt, waaronder de gasfabriek zelf en de watertoren. In de periode 1989-1996 werden de 22 nog resterende gebouwen op de rijksmonumentenlijst geplaatst.
In het administratiegebouw van de Westergasfabriek was tot voor kort het kantoor van het voormalige Stadsdeel Westerpark gevestigd. Het complex is zeer in trek bij het uitgaanspubliek. Veel (muziek)evenementen worden juist hier gehouden vanwege de uitstekende ligging nabij het centrum van Amsterdam. Er heeft zich een aantal creatieve bedrijven gevestigd. Het complex en omringende gebied heeft een belangrijke parkfunctie.