Tijdens de Gouden Eeuw werd Amsterdam met recht het ‘pakhuis van de wereld’ genoemd. Haar haven was de grootste ter wereld en schepen van de Verenigde Oostindische Compagnie (VOC) vervoerden goederen vanover de hele wereld naar deze stad, waar ze werden opgeslagen en verhandeld. In Amsterdam zetelde het bestuur van de VOC, maar werden ook veel van haar schepen gebouwd op speciaal aangelegde scheepswerven met eigen houtzagerij, touwslagerij, lijnbanen en hellingen. Handel en industrie waren innig verbonden. Maar reizen over zee was niet zonder gevaren. Daarom werden alle schepen van de VOC beschermd tegen piraterij door de Admiraliteit. De Republiek der Nederlanden beschikte over vijf Admiraliteiten, die zowel de koopvaardijvloot als het grondgebied van de Republiek beschermden. De Admiraliteit van Amsterdam had naast pakhuizen, ook een eigen scheepswerf waar oorlogsschepen werden gebouwd.

Blakend middelpunt van deze handel en industrie waren de oostelijke eilanden Kattenburg, Oostenburg en Wittenburg, aangelegd in 1652 door het Amsterdamse stadsbestuur. Hier lagen de scheepswerven van de VOC én de Amiraliteit en hier woonden en werkten honderen arbeiders zoals timmerlieden, mastenmakers, zagers en schilders.

Het meest imposante, nog steeds bestaande, gebouw op de oostelijke eilanden van ’s Lands Zeemagazijn. Dit magazijn van de Admiraliteit werd in 1658 in een recordtijd van negen maanden gebouwd. Hier lagen de goederen voor uitrusting, bevoorrading en onderhoud van de oorlogsvloot. De binnenplaats was speciaal voorzien van gemetselde gewelven die een zware belasting kannonnen en kogels konden dragen. In de openlucht werd de scheepsuitrusting, zeilen en touwen, te drogen gelegd en in de tongewelven onder de binnenplaats kon zo’n 40.000 liter regenwater opgevangen worden voor de drinkwatervoorziening van de schepen. De pakhuisfunctie is nog steeds herkenbaar aan de hijsbalken van de dakkapellen, de regelmatig geplaatste hijsluiken en de vele kleine vensters daaromheen. Sinds 1981 huist het Nederlands Scheepvaartmuseum in het oude Zeemagazijn.